
Mix Cobra met Dada en cartoons met Keith Moon en je hebt een idee waar mijn universum op draait. Veel van wat ik maak komt tot stand terwijl ik onder invloed ben. Onder de invloed van popmuziek van pakweg de jaren 70 tot nu. In mijn atelier ligt altijd draaiend vinyl op een pickup en kunnen de luidsprekers niet groot genoeg zijn. Dat zie je terug in de output op papier, karton en linnen. Noem het soulsurrealisme, abstracte punk, barock. Maar zoek er vooral niet teveel achter. Haal er uit wat er voor jou inzit.
Ik werk graag anarchistisch figuratief: alles is waar en niets staat vast. Geen huisje is heilig en niks hoeft te kloppen. Karel Appel rommelde maar wat aan zei hij, en dat probeer ik ook te doen. Ik mobiliseer alle mogelijke materialen, van kroontjespennen en spuitbussen tot in de verf gedoopte naalden van platenspelers en honkbalknuppels met verf er aan. Die improviserende vrijheid creëert de speelruimte om stijlen te proberen, stemmingen tot beelden om te tunen en samples uit de popmuziek op canvas te parkeren. Alles analoog, fysiek, ongemanipuleerd, vrij van e-nummers, zonder software en AI.
Wist je dat ik pas laat begon met artwork maken? Ok, ik tekende en schilderde al toen ik een kleuter was. Toch werd ik lang geleefd door andere bezigheden en nam ik op zich geen verkeerde andere afslagen. Maar altijd was er die in de kelder opgesloten lava, zoekend naar een escape uit Alcatraz. Doen wat je serieus graag doet is me de laatste jaren pas gelukt. First things last. Professionele teken- en painting skills heb ik dan ook nooit ontwikkeld. Ik begon zoals punkers begonnen. Met drie akkoorden en een simpele vierkwartskwast. Technische linkerhanden kunnen je de blues geven maar leveren ook visuele ontdekkingen op. Je bent niet gevangen in vaardigheden die je onbewust naar een al te gelikt resultaat dirigeren. Leve de kwaliteit van de imperfectie!